Wat is atriumfibrilleren?

Op deze pagina

Wat zijn de symptomen van atriumfibrilleren?

Hoe kan atriumfibrilleren een beroerte veroorzaken?

Hoe beschrijven patiënten atriumfibrilleren?

Wat is atriumfibrilleren (AF)?

Het hart heeft een elektrisch systeem dat de snelheid en het ritme van uw hartslag reguleert. In een gezond hart zorgen de elektrische signalen voor een stabiel ritme en de spier trekt zich samen om bloed van de bovenin het hart naar onderin het hart en vervolgens door het lichaam te pompen. Maar soms raken de signalen verward en verstoord, waardoor het regelmatige ritme wordt verstoord. De medische term hiervoor is aritmie (hartritmestoornis).
De meeste hartritmestoornissen vallen onder een van twee hoofdcategorieën:

SNELLE HARTSLAG

Tachycardie
Het hart klopt te snel

LANGZAME HARTSLAG

Bradycardie
Het hart klopt te langzaam

Atriumfibrilleren (AF) is een vorm van tachycardie en het is de meest voorkomende hartritmestoornis.

NORMALE HARTSLAG

Het hart klopt regelmatig met 60-100 slagen per minuut

ATRIUMFIBRILLEREN

Het hart klopt snel en onregelmatig

Atriumfibrilleren ontstaat wanneer de elektrische signalen die door de sinoatriale (SA-)knoop (de natuurlijke pacemaker van het hart) naar het rechter atrium en het linker atrium worden verzonden, verstoord raken door willekeurige signalen. Deze overbelasting van signalen zorgt ervoor dat de bovenste twee kamers te snel kloppen en hun ritme verliezen. Ze beginnen te 'trillen' in plaats van effectief samen te trekken om bloed naar de kamers onderin het hart te pompen. De medische term voor deze elektrische storing en het verzwakte pompvermogen is fibrillatie.

Wat zijn de symptomen van atriumfibrilleren?

Symptomen van atriumfibrilleren variëren van persoon tot persoon, maar omvatten meestal:

ONREGELMATIGE HARTSLAG

KORTADEMIGHEID

pictogram dat een gevoel van vermoeidheid aangeeft

VERMOEIDHEID OF EEN ALGEMEEN GEVOEL VAN ONWEL ZIJN

PIJN OF ONGEMAK OP DE BORST

DUIZELIGHEID OF FLAUWVALLEN

De duur van de symptomen varieert ook – van enkele minuten tot meerdere dagen, of zelfs weken per keer.

Hoe kan atriumfibrilleren een beroerte veroorzaken?

Als bloed niet efficiënt van de bovenste naar de onderste kamers van het hart wordt gepompt, kan het ophopen in het linker hartoor (LAA), waar het stagneert en er een gevaarlijke omgeving voor de vorming van een trombus (bloedstolsel) ontstaat. Als een bloedstolsel losraakt uit het LAA en naar de hersenen wordt geleid, kan dit de bloedstroom blokkeren en een beroerte veroorzaken.

Mensen met atriumfibrilleren kunnen een tot 5x verhoogd risico op een beroerte hebben.^{1, 2, 3}

Negeer nooit een van de symptomen van atriumfibrilleren – vraag altijd advies aan een arts.

Leer meer over LAAC met WATCHMAN FLX.

Hoe beschrijven patiënten de symptomen van atriumfibrilleren?

“Mijn hart fladdert, slaat slagen over en het voelt alsof het tegen mijn borstwand aanslaat, met name als ik met spullen de trap op loop of buk.”

“Ik was misselijk, licht in mijn hoofd en voelde me zwak. Ik had een hele snelle hartslag en het voelde alsof ik naar adem moest snakken.”

“Ik had helemaal geen symptomen. Tijdens een routineonderzoek kwam ik erachter dat ik atriumfibrilleren had. Ik ben blij dat we er zo vroeg bij waren.”

Sommige mensen met atriumfibrilleren hebben geen symptomen. In dergelijke 'stille' gevallen kan atriumfibrilleren worden geconstateerd bij een standaard gezondheidscontrole of bij het beoordelen van een ander gezondheidsprobleem of door het dragen van een apparaat (zoals een horloge) met een functie die de gezondheid bewaakt.

Vanwege de mogelijke risico's – waaronder een verhoogd risico op een beroerte – mogen symptomen van atriumfibrilleren niet worden genegeerd.¹

Na diagnose mag atriumfibrilleren niet onbehandeld blijven, ook niet als u geen symptomen ondervindt of als uw symptomen mild zijn.

Diagnose

Als uw arts vermoedt dat u een hartritmestoornis heeft, wordt u voor een afspraak en diagnostisch onderzoek doorverwezen naar een cardioloog (hartspecialist) of elektrofysioloog (specialist in het elektrische systeem van het hart). Gewoonlijk zijn de eerste onderzoeken die u ondergaat ecg-opnamen. Als deze uw symptomen niet helpen verklaren, hebt u mogelijk verdere gespecialiseerde onderzoeken nodig.

pictogram dat het elektrocardiogram aangeeft dat de ritme- of golfpatronen van uw hart gedurende een paar seconden of langer registreert

ELEKTROCARDIOGRAM (ECG)

Kleine zelfklevende pads worden aan uw armen, benen en borstkas bevestigd en met behulp van draden verbonden met een apparaat dat het ritme of de golfpatronen van uw hart gedurende enkele seconden of langer registreert.

HOLTERMONITOR

Dit is een kleine, draagbare ecg-monitor die u thuis draagt, meestal 24 uur of langer. Deze continue langere bewakingsperiode vergroot de kans dat een afwijking in het hartritme wordt geregistreerd.

pictogram dat een klein, waterdicht draagbaar apparaat vertegenwoordigt dat de hartactiviteit bijhoudt.

EXTERNE HARTMONITOR

Een klein, waterdicht draagbaar apparaat dat de hartactiviteit gedurende een aantal weken bijhoudt terwijl u gewoon uw dagelijkse dingen doet. Het registreert elke afzonderlijke hartslag en geeft gedetailleerde gegevens door aan uw zorgteam. Als u symptomen ervaart, kunt u op een knop op de monitor drukken om het voorval te registreren.

IMPLANTEERBARE HARTMONITOR

Een implanteerbaar apparaat dat informatie automatisch vastlegt zodra uw hartritme buiten een vooraf ingesteld bereik komt, of wanneer u het activeert. Het wordt via een eenvoudige procedure net onder de huid van de borstkas geplaatst en kan tot meerdere jaren op zijn plaats blijven zitten.

pictogram dat een echocardiogram aangeeft

ECHOCARDIOGRAM
Een echo die een bewegend beeld van uw hart maakt om eventuele structurele problemen van het hart die mogelijk uw symptomen veroorzaken, uit te sluiten of te identificeren.

SCANNERS
Scanners (MRI/magnetische resonantiebeeldvorming of CT/computertomografie) kunnen worden gebruikt om gedetailleerdere beelden van uw hart te maken.

Bloedonderzoek geeft u meer informatie over uw gezondheid

BLOEDONDERZOEK
Deze geven meer details over hartgerelateerde en andere gezondheidsaandoeningen.

Deze onderzoeken helpen uw artsen begrijpen of u een hartritmestoornis hebt, welk type het is, wat de oorzaak ervan is en welke behandelingen geschikt kunnen zijn voor u.

Verpleegkundige die een patiënt in het ziekenhuis begeleidt

Wat zijn de behandelopties voor atriumfibrilleren?

Download patiënteninformatie over atriumfibrilleren

LITERATUUR:

1. ESC Press Office. Atrial fibrillation set to affect more than 14 million over-65s in the EU by 2060. European Society of Cardiology. 2019.
2. The Stroke Association. Atrial fibrillation (AF) and stroke
https://www.stroke.org.uk/atrial_fibrillation_and_stroke_guide.pdf. Geraadpleegd juli 2024
3. ESC Press Office. Atrial fibrillation set to affect more than 14 million over-65s in the EU by 2060. European Society of Cardiology. 2019.
https://www.escardio.org/The-ESC/Press-Office/Press-releases/Atrial-fibrillation-set-to-affect-more-than-14-million-over-65s-in-the-EU-by-2060

LET OP:
de inhoud van dit materiaal is uitsluitend bestemd voor informatiedoeleinden en niet bedoeld voor medische diagnosticering. Deze informatie is geen medisch of juridisch advies, en Boston Scientific doet geen uitspraken met betrekking tot de medische voordelen die in deze informatie zijn opgenomen. Boston Scientific raadt u ten zeerste aan om uw arts te raadplegen over alle zaken die met uw gezondheid te maken hebben.

FARAPULSE™ Pulsed Field Ablatie systeem:
Het FARAPULSE ablatie systeem (PFA, Pulsed Field Ablatie) is bedoeld voor de isolatie van de longaders bij de behandeling van paroxismaal atriumfibrilleren door hartweefsel elektrisch niet-geleidend te maken en daarmee de start of het aanhouden van hartritmestoornissen te voorkomen. Zoals voor alle medische procedures geldt, zijn ook aan het gebruik van dit hulpmiddel risico's verbonden. De risico's omvatten onder andere pijn of ongemak, elektrische schok, hypotensie, infectie/ontsteking, allergische reactie, risico van anesthesie, bestralingsletsel/brandwond weefsel, hartfalen, nierfalen, ademhalingsmoeilijkheden, hartritmestoornis, zenuwletsel (zoals van de n. phrenicus of n. vagus), gastro-intestinale stoornissen, vaattrauma, harttrauma (zoals perforatie), letsel gerelateerd aan aanliggende structuren (oesofageaal letsel, atrio-oesofageale fistel, pulmonaal letsel), stenose vena pulmonalis, chirurgische en toegangscomplicaties, spierspasme, letsel als gevolg van bloedstolsel of luchtbellen in de longen of andere organen, hartaanval, TIA, beroerte en/of beschadiging van rode bloedcellen. In zeldzame gevallen kan er sprake zijn van een hartstilstand of overlijden. Praat met uw arts, zodat u alle risico's en voordelen in verband met de behandeling en het gebruik van het hulpmiddel goed begrijpt.
Alle handelsmerken zijn eigendom van hun respectievelijke eigenaars.